Geneeskunde studeren: ‘Aan het eind van het jaar in hersenen snijden’
Geneeskunde is een van de populairste studies. Anouk van Ooij (18) zit in haar propedeusejaar. Verslaggeefster Kim Tijssen onderzocht of de studie is wat ze ervan verwachtte. ‘Naast het leren is veel gezelligheid.’
Heb je het naar je zin in je eerste jaar?
“Zeker, maar het is ook pittig. Het verschil met de middelbare school is groot. Daar werd namelijk alles voor je uitgekauwd. Dit voor huiswerk maken, deze stof leren en over deze hoofdstukken een toets. Nu krijgen we vijf boeken van 500 pagina’s en kijk zelf maar wat je leert. Je hebt niet genoeg tijd om alles door te lezen en te leren. Het is daarom best moeilijk een keuze te maken in wat je leert en overslaat. We krijgen daarbij ook geen begeleiding. Gelukkig vind ik de stof heel interessant, waardoor ik gemotiveerd ben hard te werken.”
Wanneer wist je dat je Geneeskunde wilde studeren?
“Ik heb lang getwijfeld tussen Biomedische Wetenschappen en Geneeskunde. Bij Biomedische Wetenschapper ga je veel dieper op de stof in, terwijl je bij Geneeskunde een ziekte moet herkennen en met mensen moet kunnen omgaan. Dit laatste gaf de doorslag. Ik vind het leuk om met patiënten te werken en een brede medische kennis te hebben. Daarom koos ik voor Geneeskunde.”
Was het lastig om toegelaten te worden?
“Ik ben binnengekomen via de 8+ regeling. In de vijfde stond ik voor de vakken biologie, scheikunde, natuurkunde, Engels, Nederlands en wiskunde een 8 of hoger. Ik werkte daar hard voor, omdat ik toen al wist dat ik graag de medische kant op wilde en mijn kans om toegelaten te worden zo groter zou zijn.”
Hoe ziet een gemiddelde week op jouw opleiding eruit?
“Vier hoorcolleges per dag van een uur. Bij het laatste hoorcollege luistert niemand meer. Daarnaast heb ik een werkgroep per dag. Ook hebben we patiënt-demonstraties. Een echte patiënt komt met zijn of haar arts vertellen over de ziekte en de behandeling. We hebben mensen gehad met vasculitis (aderontsteking), galstenen, kanker en obesitas. Dat is superinteressant, omdat je alles kunt vragen aan iemand die er zelf mee te maken heeft. Later in het jaar gaan we consulten oefenen met acteurs. Binnenkort gaan we naar de snijzaal. In het eerste jaar kijken we mee met een anatoom. Aan het einde van het jaar mogen we zelf in hersenen snijden. Naast mijn lessen op school werk ik elke dag een paar uur thuis aan de stof. Dit is nodig om alles te begrijpen en bij te blijven.”
Hoe is de sfeer?
“Heel gezellig. Iedereen is heel sociaal. Je brengt veel tijd door met elkaar, dus dan bouw je vanzelf een band op. Omdat we les hebben in het LUMC zijn we de hele dag met artsen en patiënten. Als we een hoorcollege van een arts hebben moet hij daarna weer snel weg voor een consult. Dit maakt het extra interessant.”
Voldoet de studie aan je verwachtingen?
“De werkdruk is hoog, maar dit had ik wel verwacht. Wat meevalt is dat er naast het leren veel gezelligheid is. Ik zit bij de studievereniging MFLS. Hier hebben we wekelijks gezellige borrels, diners en uitjes. Er is dus naast je studie genoeg te doen!”
Weet je al wat je hierna wilt doen?
Misschien kindercardiologie. Als er iets mis is met een volwassenen hart is de oorzaak vaak slijtage, maar bij een kind is er dan echt iets mis in de bouw. Hier onderzoek naar doen, trekt mij aan. Ook de spoedeisende hulp lijkt mij interessant. Ik heb stagegelopen bij ouderen en dat vond ik ook verassend leuk. Ik vind te veel dingen leuk om nu al te zeggen in welke richting ik mij later wil verdiepen.”