Sociale en culturele antropologie

Let op: deze informatie komt uit het archief en is niet meer actueel.
Niveau
Graad
Sector

Antropologie bestudeert sociale processen van onderuit en plaatst de actoren die in die processen betrokken zijn centraal. Wat is bijvoorbeeld de invloed van globalisering op het familieleven? Hoe geven mensen vorm aan hun religie door hun gebruik van hedendaagse media en technologie? Wat is het verband tussen natuurrampen en macht?

In de eerste opleidingsfase begin je met algemene vragen als: 'Wat is cultuur?' of 'Wat is identiteit?'. Je verwerft inzicht in de basisconcepten en theoretische benaderingen van de antropologie, maar ook in de basisprincipes en toepassing van kwalitatief onderzoek. Je raakt vertrouwd met de enorme culturele verscheidenheid in de wereld, en je leert een samenlevingsprobleem te benaderen vanuit het standpunt van de betrokken actoren. Naarmate deze eerste fase vordert, vat je ook je eigen onderzoek aan: je zoekt een onderwerp en promotor, en werkt een eigen probleemstelling uit. Die zal de basis vormen van je latere masterproef.

In de tweede fase ligt de nadruk op verdieping en specialisatie met onder meer een seminarie in Afrikastudies of in multiculturalisme, migratie en minderheden. Hierin brengen de docenten je in contact met het meest recente onderzoek en kun je je onderzoeksvaardigheden bijschaven. Verder stel je je eigen opleidingsonderdelenpakket samen op basis van de noden van je onderzoek en je voorkeuren en interesses. Uiteindelijk mondt deze tweede fase uit in je masterproef. Die is gebaseerd op het onderzoek dat je in de loop van je opleiding hebt verricht.

Toelatingseisen Master

Voor masters gelden specifieke toelatingseisen. Raadpleeg de website van de desbetreffende instelling voor de concrete toelatingseisen.

Bekijk waar je dit kan studeren

Hoe wordt deze studie beoordeeld?

Voltijd
Algemeen oordeel
-
Het gemiddelde tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) van studenten over het opdoen van onderzoekend vermogen binnen de opleiding, denk bijv. aan analytisch denken, het doen van praktijkgericht onderzoek en het schriftelijk rapporteren over praktijkgericht onderzoek.
Aansluiting beroepspraktijk
-
Het gemiddelde tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) van studenten over docenten, denk bijv. aan de deskundigheid van docenten en de bereikbaarheid en betrokkenheid van docenten.
Docenten
-
Het gemiddelde tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) van studenten over de sfeer op de opleiding.
Sfeer
-
Het gemiddelde tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) van studenten over de kwaliteit van de studiebegeleiding door de opleiding, denk bijv. aan de mogelijkheid tot en kwaliteit van begeleiding en de mate waarin de opleiding initiatief neemt in begeleiding.
Studiebegeleiding
-
Het gemiddelde tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) van studenten over de studiefaciliteiten, denk bijv. aan de computerruimtes, de bibliotheek en de ICT-faciliteiten.
Studiefaciliteiten
-
Het gemiddelde tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) van studenten over de tevredenheid met hun baan.
Tevreden met baan
-
Het gemiddelde tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) van studenten over het loopbaanperspectief.
Tevreden over loopbaanperspectief
-
Het tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) dat studenten geven over de toetsing en beoordeling door de opleiding, denk bijv. aan de duidelijkheid over criteria waarop getoetst wordt en het aantal toetsmomenten.
Toetsing en beoordeling
-
Het gemiddelde tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) van studenten over de mate waarin je wordt voorbereid op je beroepsloopbaan, denk bijv. aan het contact dat je hebt met de praktijk (stages).
Voorbereiding beroepsloopbaan
-
Het gemiddelde tevredenheidsoordeel (schaal van 1-10) van studenten over de wetenschappelijke vaardigheden wo.
Wetenschappelijke vaardigheden wo
-
Toon meer statistieken
Enquêtejaar 0